
In een eerder blog schreven wij over het wijzigingsvoorstel van de Europese Commissie (EC) van de EUDR (Verordening (EU) 2023/1115). Verrassend genoeg wil het Europees Parlement (EP) verdergaande wijzigingen aanbrengen aan de verordening dan de EC had voorgesteld. Hieronder bespreken we een aantal belangrijke wijzigingen. Een opvallende is die voor de papierindustrie. Daarnaast is het zaak voor micro- en kleine marktdeelnemers goed op te letten: u heeft uitstel, maar onder voorwaarden.
Europees Parlement vindt voorstel te ingewikkeld
Op 21 oktober 2025 stuurde de EC een wijzigingsvoorstel van de EUDR naar het EP. Daarin was onder meer een nieuwe categorie ondernemers toegevoegd: de zogenoemde downstream operator en de primaire marktdeelnemer. Daarnaast was in het oorspronkelijke voorstel bepaald dat de EUDR vanaf 30 december 2025 in werking zou treden voor (middel)grote ondernemingen en vanaf 30 december 2026 voor micro- en kleine ondernemingen. Nationale overheden zouden pas vanaf 30 juni 2026 handhavingsmiddelen mogen inzetten tegen (middel)grote ondernemingen, en vanaf 30 december 2026 tegen micro- en kleine ondernemingen.
Het EP vindt dit voorstel nog te ingewikkeld en stelt zelf een verdere vereenvoudiging voor.
Ingang nieuwe regels één jaar uitgesteld
De belangrijkste wijziging die het EP nu heeft doorgevoerd, is de datum waarop de inhoudelijke regels van toepassing worden.
- Voor (middel)grote ondernemingen gelden de nieuwe regels van de EUDR per 30 december 2026.
- Voor micro- en kleine ondernemingen wordt de ingangsdatum van de nieuwe regels 30 juni 2027.
Micro- en kleine ondernemingen, let op!
Behoort u tot de categorie micro- en kleine ondernemingen (zie uitleg hierover verderop in dit blog)? Houd u er dan rekening mee dat u geen relevante producten zoals brandhout, houten meubels en geprefabriceerde houten bouwwerken mag verhandelen, zolang u wacht met het toepassen van de EUDR-regels. Doet u dit wel, dan moet u al vanaf 30 december 2026 aan de EUDR voldoen.
Voor (middel)grote ondernemingen is het grootste verschil dat de EC aanvankelijk wilde dat de regels voor hen al zouden gelden, maar nog niet zouden worden gehandhaafd. Dat had juridisch gezien haken en ogen. Bijvoorbeeld: op grond van de EUDR moesten bedrijven die eerder niet de regels naleefden, vaker worden gecontroleerd. Als een (middel)groot bedrijf in de eerste helft van 2026 niet zou voldoen – terwijl de regels al wel golden – kon het op een lijst komen die leidt tot zwaardere controles op het moment dat wel zou worden gehandhaafd.
Mijns inziens is de aanpassing van het EP positief, omdat de regelgeving eenvoudiger is geworden. Micro- en kleine ondernemingen moeten wel goed nagaan of voor hen de datum 30 december 2026 of 30 juni 2027 geldt.
Verdere versimpeling regelgeving voor micro en kleine primaire marktdeelnemers
Wat zijn micro- en kleine primaire marktdeelnemers? Dit zijn ondernemingen die:
- kwalificeren als micro of klein in de zin van artikel 3 lid 1 en 2 van Richtlijn (EU) 2013/34
- gevestigd zijn in een land dat door de EC is aangemerkt als laag-risicoland
- zelfgeproduceerde relevante producten importeren in of exporteren uit de Europese Unie.
Deze groep hoeft slechts eenmalig een versimpelde zorgvuldigheidsverklaring in te dienen. Het actualiseren daarvan wordt optioneel.
Dit laatste is opvallend, omdat het eerdere uitgangspunt juist was dat alle informatie voortdurend volledig en actueel moest zijn. Daarmee vormt deze wijziging een duidelijke afzwakking van de EUDR-verplichtingen. Mogelijk heeft het EP gekozen voor deze versoepeling, omdat de impact van deze categorie bedrijven op ontbossing relatief gering is. Vooral grote ondernemingen zijn de (mede)veroorzaker.
Versimpeling regelgeving voor handelaren
Ook voor handelaren zijn er vereenvoudigingen. Zij hoeven het referentienummer van de zorgvuldigheidsverklaring alleen te vermelden wanneer zij relevante producten verkrijgen van een marktdeelnemer (en dus niet wanneer zij deze van een handelaar of downstream operator kopen).
Relevante producten die niet meer onder de reikwijdte van de EUDR vallen
Boeken, tijdschriften, kranten en andere producten van een uitgever, pers of grafische industrie vallen niet langer onder de reikwijdte van de EUDR.
Dit kan gevolgen hebben voor de doelstellingen van de EUDR. Volgens het World Wildlife Fund is de pulp- en papierindustrie verantwoordelijk voor 13–15% van het totale houtverbruik en gebruikt zij 33–40% van al het industrieel hout dat wereldwijd wordt verhandeld. Het is niet precies bekend welk deel daarvan specifiek wordt gebruikt voor de productie van boeken. Wel is duidelijk dat boeken, tijdschriften en andere grafische producten geen verwaarloosbaar onderdeel vormen binnen deze categorieën. Tegen die achtergrond is het opvallend dat het EP deze productgroep buiten de reikwijdte van de EUDR heeft geplaatst.
Heeft u vragen, neem dan gerust contact op
De EUDR heeft de afgelopen jaren veel stof doen opwaaien. Met deze wijzigingen probeert het EP de regels te versimpelen. Het blijft echter essentieel om goed te letten op aan welke regels een (primair) marktdeelnemer, downstream operator of handelaar moet voldoen. Vooral micro- en kleine ondernemingen moeten nauwkeurig nagaan vanaf welke datum de EUDR-regels voor hen gelden.
Tot slot: de regelgeving en hiervoor genoemde wijzigingen worden pas van kracht na overleg tussen de EC, het EP en de Raad van de Europese Unie.
Heeft u als ondernemer vragen over de EUDR en de producten die u importeert, exporteert of verkoopt? Neem dan contact op met Hayri Yildiz: hayri.yildiz@bosselaar.nl / 06 45 05 13 88.
(Foto: Philippe Oursel, via Unsplash)






