Als je op de universiteit de spelregels van het procesrecht aan het doornemen bent, vind je dat doodsaai. Maar zodra je zelf één keer hebt geprocedeerd in de rechtszaal, is dat supervet. Waar anderen wel eens verlammen als er spanning is, ben ik juist op mijn best.

Ik analyseer heel snel en kom ook snel tot actie. Tijdens het procederen komt dat goed van pas, omdat ik snel informatie kan verwerken en meteen daarop kan anticiperen. Diezelfde analytische vaardigheden heb je ook nodig om feiten te vertalen naar de wet. Tegelijkertijd moet je als advocaat creatief zijn wanneer je het verhaal op papier zet. De wet volgen én een weg vinden voor je cliënt, vind ik een mooie uitdaging.

Mijn interesse is heel breed en wordt vaak verder aangewakkerd als ik ergens induik. Bij mijn vorige werkgever was ik vooral actief in het insolventierecht en merkte ik hoeveel impact een faillissement maakt op mensen. Dan voel je dat jouw inbreng er echt toe doet. Bij Bosselaar Strengers richt ik me op het ondernemingsrecht. Ook daar kunnen de emoties hoog oplopen tijdens conflicten. Dat vind ik geweldig, dan zet je me op scherp en vraag ik me af: hoe kun je die mensen echt helpen?

Dat laatste, mensen helpen, is mijn drijfveer. Voor mij heeft dat te maken met zingeving. Daarin ben ik niet uniek; ik denk dat het grootste deel van de advocaten niet geldgedreven is, maar een missie heeft om mensen te helpen. Waar ik me wel mee onderscheid, is met mijn achtergrond in de technische bedrijfskunde. Die helpt me om een onderneming te doorgronden en het probleem juridisch te vertalen. Cliënten waarderen dat; je komt daardoor gemakkelijk in gesprek.